Een onderzoek van:
dr. Celine SchweizerPokémon in klei
Als kinderen met autisme iets in hun hoofd hebben, zijn ze er meestal moeilijk vanaf te brengen. Hun beeldend werk is vaak gerelateerd aan iets wat ze kennen zoals figuren uit tekenfilms of computergames. Pokémon bijvoorbeeld.
Kinderen met autisme worden vaak aangemeld bij beeldende therapie omdat ze moeite hebben met communicatie, vaak een slecht zelfbeeld hebben en gedragsproblemen (Schweizer et al,2014). Er is echter nog weinig bekend over de werking en de effectiviteit van de behandeling.
Dit promotieonderzoek bestaat uit vier fasen:
- Systematische review. Een literatuurstudie waarin alle Engelstalige publicaties over beeldende therapie bij kinderen met autisme is geanalyseerd (zie bij publicaties: Art therapy with children with Autism Spectrum Disorders: A review of clinical case descriptions on ‘what works’).
- Standaardiseren van begrippen. De belangrijkste begrippen uit de literatuurstudie worden door middel van een Delphistudie gestandaardiseerd (2015).
- Toetsen van behandelprogramma en observatielijst. De gestandaardiseerde begrippen worden in de vorm van een observatielijst en behandelprogramma getoetst in de praktijk. Hierbij worden ook ouders en leerkracht betrokken. Zij zullen de behandelresultaten aangeven met behulp van gestandaardiseerde vragenlijsten (2015-2016).
- Valideren van observatielijst en behandelprogramma (2016).
De promotor is prof.dr. Erik J. Knorth, Rijks Universiteit Groningen, faculteit Gedrags- en Maatschappijwetenschappen, afdeling Orthopedagogiek. De copromotor is dr. Marinus Spreen, lector Social Work & Arts Therapies, Stenden Hogeschool.
SRVB accreditatiepunten voor meewerken aan Delphi onderzoek kinderen met autisme in beeldende therapie.
Klik hier voor het proefschrift.